Een carburateur smeren
hoeft eigenlijk niet en dat is een stelling die eigenlijk juist is.
De lagerbusjes voor de gasklep zijn gemaakt van fosforbrons wat
inhoud dat deze zelfsmerend zijn. Meestal worden deze lagerbusjes
nog in de olie gedompeld om levenslang te smeren. Ondanks deze
materiaalkeuze en het eventueel toevoegen van extra smeermiddel is
levenslang niet zo lang als we wel denken. Een auto heeft net als
zoveel andere apparaten een bepaalde economische leeftijd. Daarna is
het voor een deel afhankelijk van geluk hoelang iets nog meegaat.
Datzelfde geldt ook voor de carburateur. Daarom is het belangrijk,
willen we de economische leeftijd verlengen, de carburateur gaan
smeren. Moeilijk is het niet en we komen al een heel eind wanneer
bovensmering wordt toegepast. Ook een mogelijkheid is het
luchtfilter te verwijderen en op de gasklep wat olie te gieten. Veel
hoef dat niet te zijn alleen regelmatig toepassen is het
belangrijkste. Op deze manier worden de bronzende glijlagertjes
gespaard en kunnen deze veel langer mee gaan. Het voorkomt dat de
lagertjes speling gaan vertonen en op deze manier valse lucht aan
kunnen gaan zuigen wat slecht stationair lopen van de motor
veroorzaakt. Ook het starten kan, door slijtage van de lagerbusjes, wat moeizamer gebeuren omdat de
lucht/brandstofverhouding uit balans is.
Opmerking
Wanneer bovensmering wordt toegepast, dus wat olie bij de benzine,
zal extra smeren niet nodig zijn omdat op deze manier ook wat olie
bij de lagerbusjes kan komen.
Ook andere bewegende delen van de carburateur kunnen, als we toch
bezig zijn, gesmeerd worden. Smeer altijd spaarzaam!
|
Op de foto's zien we de belangrijkste punten die we kunnen
smeren. Met een oliepen kan je hier gemakkelijk bijkomen.
|